Zuid-Afrika

Op de grens tussen Zuid Afrika en Mozambique wordt het grootste natuurreservaat ter wereld ingericht: Het Limpopo Transnational Park. Dit Peace Park moet vrede, werkgelegenheid en stabiliteit in de regio brengen.

 

 

Limpopo

Transnational Park

Volkskrant/Traject 2004

De luipaard scheurt zijn prooi aan stukken, verscholen in het struikgewas achter de mopanebomen. Hij heft zijn kop als hij het vlees losrukt van zijn buit, een sierlijke impala, en is dan zichtbaar vanaf de verharde weg, de S-90, die naar het kamp Olifants leidt. Al snel wordt het roofdier omringd door toeristen in sedans, bakkies, 4-wheeldrives, motorhomes. Ze veroorzaken een file en blokkeren de weg, op zoek naar de beste positie voor hun vakantiefoto. De luipaard eet onverstoorbaar door. 'Een kill van een luipaard,' verzucht een opgewonden, oudere vrouw die gekleed in kaki, uit het raam van haar caravan hangt. 'Op klaarlichte dag. Hoogst zeldzaam. Hoogst opmerkelijk. Sommige mensen wachten hier hun hele leven op.'

 

Het Krugerpark is het grootste natuurreservaat ter wereld en trekt per jaar meer dan één miljoen bezoekers, op zoek naar de Big Five, leeuwen, luipaarden, olifanten, buffels en neushoorns. Wij ontvluchten de drukte en rijden oostwaarts, over een onverharde weg in de richting van het Lebombogebergte, dat de grens met Mozambique vormt. We steken de Letabarivier over. Een kameelperd lest haar dorst in de stroom, de voorpoten wijd gespreid. Een navelstreng bungelt aan haar buik. Een pas geboren giraf staat wankel op de poten naast haar.

 

Op de oever van de Makhadzirivier wordt een nieuwe Piekniekplekke gebouwd, een kampwinkel en een toilettenblok. De arbeiders die bezig zijn het stro op de daken te leggen, worden beschermd door gewapende Rangers. 'De slangen houden hun winterslaap,' stellen ze ons gerust. 'Maar de leeuwen zijn gevaarlijk. Het zijn menseters geworden.'
's Nachts trekken Mozambikanen illegaal te voet dwars door het Krugerpark. Ze vluchten voor de armoede uit hun land en gaan op zoek naar werk in Zuid-Afrika. 'Ze lopen 's nachts,' vertellen de Rangers. 'En dan zijn ze een gemakkelijk prooi voor de leeuwen. Nu zijn de leeuwen gewend aan mensenvlees,' waarschuwen ze.

 

Na een uur rijden bereiken we de grens met Mozambique. Een hek verspert ons de weg. Aan de Zuid-Afrikaanse kant van het hek bouwen arbeiders een douanepost. Met pikhouwelen hakken ze in de aarde. Binnenkort kunnen toeristen hier de grens met Mozambique oversteken en zal het hek tussen de twee landen worden neergehaald. Mozambique, één van de armste landen van Afrika, zal dan kunnen profiteren van de toeristen die het Kruger bezoeken.

* * *

Billy Swanepoel woont in Massingir, een stadje doodziek van malaria en aids aan de Mozambikaanse kant van de grens, aan het einde van de verharde weg, op de oever van het stuwmeer in de Shingwedzi-rivier. Billy Swanepoel is een pionier, een Zuid-Afrikaanse Ranger die in Mozambique het Limpopo Transnational Park moet helpen opzetten. 'Een schier onmogelijke taak,' verzucht hij als hij ons rondleidt door de bush.

 

Het nieuwe park is de droom van Anton Rupert, een schatrijke Zuid-Afrikaanse sigarettenfabrikant, van Nelson Mandela en van Prins Bernhard: een grensoverschrijdend park tussen Zuid-Afrika, Mozambique en Zimbabwe waarin het wild niet gehinderd wordt door kunstmatige landsgrenzen maar vrijelijk kan rondtrekken over eeuwenoude migratiesporen. Het Limpopo Park wordt meer dan 36.000 km2 in omvang, groter dan Belgie of Zwitserland.

 

 

Het hek tussen Zuid-Afrika en Mozambique werd in 1975 in grote haast gebouwd, bijna 400 kilometer lang, toen in Mozambique de koloniale machthebber Portugal werd verslagen door het Frelimo en het ANC, de Zuid-Afrikaanse bevrijdingsbeweging van Nelson Mandela, in Mozambique haar kantoren en opleidingskampen opende om de guerrillastrijd tegen Zuid-Afrika te voeren.

Nu is het Apartheidsregime verslagen en regeert het ANC in Zuid-Afrika. Nelson Mandela haalde in augustus 2002 feestelijk het eerste deel van het hek neer en startte Operatie Ark van Noah, de translocatie van meer dan 6000 beesten van het Krugerpark naar Mozambique. De parken zullen volgens Mandela 'vrede en voorspoed' naar de regio brengen.

 

In Zuidelijk Afrika zijn inmiddels verscheidene grensoverschrijdende parken, zogenaamde Peace Parks, gesticht of gepland in de grensgebieden tussen Zuid-Afrika, Namibie, Lesotho, Swaziland en Zimbabwe.
In Afrika zijn Peace Parks ontworpen in de grensgebieden van Rwanda, Kenia, Tanzania, Angola, Zambia en Malawi. Nelson Mandela wil zelfs het grensgebied tussen Noord- en Zuid- Korea uitroepen tot wildreservaat en zo vrede promoten tussen de beide landen.

 

'De eerste olifanten kwamen in de winter van 2002 de grens over,' vertelt Billy Swanepoel als hij met zijn bakkie over de onverharde weg naar de oever van de Shingwedzi rijdt. Hij draagt een korset, zijn nieren zijn door het leven in de bush verwoest, en het bakkie heeft geen al te beste schokbrekers. 'Het Kruger is overbevolkt. De komende jaren willen ze meer dan 1000 olifanten de grens overbrengen.

 

Maar de eerste groep olifanten maakte onmiddellijk rechtsomkeer en liep terug naar het Kruger. Ze zijn slim. In Mozambique zijn alle olifanten de afgelopen decennia gedood door stropers. De olifanten weten dat. Hier is jarenlang gevochten tussen de regering en rebellen. Het was hier niet pluis. Dat herinneren ze zich nog.'

 

Hij stopt zijn bakkie en overlegt met een Ranger die op de fiets -merk Hunter- door het gebied patrouilleert. 'Wij hebben 27 Rangers in een gebied van meer dan 1 miljoen hectare. De lokale bevolking jaagt traditioneel op het wild, ook op olifanten. Nu hebben wij het verboden. Dat begrijpen ze niet.'

 

De Ranger heeft een landmijn ontdekt, een booby trap die tussen twee bomen is gespannen, een overblijfsel uit de lange, wrede burgeroorlog die hier woedde. Swanepoel markeert de vindplaats op zijn kaart. 'Het hele gebied zit barstensvol landmijnen. We proberen ze op te ruimen. Voordat de toeristen komen,' verzucht hij.

* * *

 

Egyptische ganzen scheren over de rivier, een krokodil drijft loom voorbij. 'Ik hield van het Kruger park,' vertelt Swanepoel als hij dromerig over de Shingwedzi staart. 'Nu vind ik het te druk, te massaal, te geordend. Overal lopen geasfalteerde wegen. Overal zijn piekniekplekke gebouwd, en kunstmatige waterholes. Er staan zelfs verkeersborden langs de weg, en wegwijzers,' klaagt hij. 'Deze streek is ongerept, niet door mensenhanden aangeraakt. Dit is het echte Afrika, mijn Afrika. Binnenkort lopen hier weer zebra's, nyala's, neushoorns, nijlpaarden op de oever. Geen koeien maar leeuwen en olifanten.'

 

Een kudde koeien graast op de oever, zonder toezicht. 'Vroeger hoedden de kinderen het vee. Dat is voor mij het symbool van Afrika, kleine kinderen en hun vee. Zodra ze konden lopen brachten ze het vee naar de weidegronden. Maar nu gaan ze naar school. Nu hoeden de oude mannen het vee. Afrika verandert,' zegt hij met weemoed in zijn stem.

'De stilte zal verdwijnen als de toeristen arriveren. Ook hier. Het is onvermijdelijk. Maar we willen geen massatoerisme, zoals in Kruger. Geen geasfalteerde wegen. Geen grote kampementen. Dit wordt een ruig park met een aantal kleine, exclusieve resorts.

 

De concessies worden momenteel verkocht aan privé-ondernemingen. Hier wordt een kampement gebouwd met slechts 24 bedden. De prijs is 6 miljoen euro. De concessie loopt 20 jaar. Veel geld,' geeft hij toe. 'Onbetaalbaar voor Mozambikanen, of de meeste zwarte Zuid-Afrikanen. Een kamer gaat hier 800 euro per nacht kosten. En verder komen er in het Mozambikaanse deel van het park nog een paar kampeerplekken voor ervaren woudlopers, alleen bereikbaar per 4-wheeldrive, zonder faciliteiten, zonder drinkwater, zonder comfort. '

* * *

 

Langs de Shingwedzi liggen drie dorpen. De bewoners zullen uit veiligheidsoverwegingen binnenkort moeten vertrekken uit het park. 'Het is een traag, moeizaam proces om ze te overreden om te verhuizen,' geeft Swanepoel toe.
De velden worden afgebrand. Verkoolde boomstronken smeulen nog na. Rook hangt boven het land. 'Dit is een primitief gebied,' beweert Swanepoel. 'Hemelsbreed is het maar een uur rijden naar de luxe van het Krugerpark. Dit is een andere wereld.' Twee ossen trekken een houten ploeg. De bewoners gebruiken geen wielen,' vertelt Swanepoel. 'Die techniek is hier nog niet doorgedrongen. Ze gebruiken een slee gemaakt van boomstammen om hun pullen te vervoeren.

 

We stoppen in een dorp. Een schoolklas krijgt les onder een baobab, kinderen en ook volwassenen. 'De meeste mensen willen niet weg,' bekent Swanepoel. 'We hebben ze geld geboden maar ze aarzelen.' Hij begrijpt hun argumenten niet. 'De rivier staat droog. De graanschuur is leeg. We verwachten weer zeven magere jaren. Dit gebied wordt regelmatig geteisterd door grote hongersnoden. De mensen moeten ver lopen naar hun akkers die aangelegd zijn op de oevers van het stuwmeer, vijftig kilometer hier vandaan. Ze hebben geen vervoer. Misschien zullen ze als de hongersnood weer toeslaat, makkelijker overgehaald kunnen worden om te verhuizen, oostwaarts naar de oever van de Limpopo.'
'Mensen en dieren kunnen niet samenleven,' geeft Thomas Ngovene toe. 'Ik heb geiten. De leeuwen zullen ze opeten. De olifanten zullen mijn akker verwoesten. Wij kunnen niet in het dorp blijven.'
Ngovene vluchtte tijdens de burgeroorlog naar Zuid-Afrika. 'Ze doodden de mensen. Ze verwoestten de dorpen.' Soms was het Renamo schuldig, de rebellen die door Zuid-Afrika werden gesteund, vertelt hij. Soms waren de regeringstroepen verantwoordelijk voor het geweld. 'Wij konden niet op onze akkers blijven wonen. De regering verhuisde ons naar dit dorp. Het is een nieuw dorp. Maar nu willen de mensen niet weg. Ze willen niet opnieuw verhuizen. Maar ieder jaar valt er te weinig regen. Dan eten we boomschors. We wonen te ver van het water, te ver van de stad om te kunnen overleven. Misschien is dit een kans om met hulp van het Park te verhuizen en een nieuw bestaan op te bouwen.'

* * *

 

'Wij zullen niemand dwingen om uit hun dorp te vertrekken,' beweert prof Willem van Riet hartstochtelijk in het hoofdkwartier van de Peace Parks in Pretoria. 'Niemand.'


Jaren geleden voer Van Riet in zijn eentje in een kano de Limpoporivier af, een prestatie die in Zuid-Afrika nog steeds groot respect afdwingt. Hij werd aangevallen door krokodillen. Een nijlpaard beet zijn kano doormidden. Van Riet liet zich niet afschrikken. Hij repareerde zijn kano en vervolgde zijn reis. Nu is hij de grote gangmaker achter het Limpopo Transnational Park. 'Het Park wordt een groot succes,' beweert hij vastberaden. Willem van Riet kent geen twijfel.

 

'Deze mensen zullen moeten vertrekken. In het belang van het park. De meesten zullen vrijwillig vertrekken. Ze lijden nu een kommervol bestaan. Er is geen werk, geen voedsel. Ieder jaar lijden ze honger. Ze zullen blij zijn als ze geholpen worden om te vertrekken. Wij zullen ze geld geven om elders een nieuw bestaan op te bouwen.'
Maar het Limpopo Transnational Park worstelt met de geschiedenis van blank Zuid-Afrika. In de periode van Apartheid werd de zwarte bevolking van zijn land verdreven. Tegen het Krugerpark lopen een aantal rechtszaken van dorpelingen die hun geboortegrond moesten verlaten toen het Krugerpark werd gesticht. In het Zuid-Afrika van Mandela krijgen deze dorpelingen nu een financiële schadeloosstelling. 'Misschien,' beweert Van Riet, 'zijn we nu te gevoelig voor kritiek. Maar we hebben inmiddels meer geld besteed aan de lokale bevolking dan aan de bouw van het Park.'

* * *

Billy Swanepoel neemt mij me naar een bocht in de rivier. Een gewapende Ranger loopt achter ons aan. Acacia's hangen over het water. 'Vergeet de oorlog. Vergeet de booby-traps. Dit is een paradijs,' verzucht hij. 'Het zal veranderen. Het zal verdwijnen. De toeristen zullen komen. Wij hebben ze nodig om het park te kunnen onderhouden, om het wildleven te beschermen. Maar we willen geen files, geen geasfalteerde wegen. We willen een wild park voor echte woudlopers.'